opgaan
Nederlands
Woordafbreking
- op·gaan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van op bw en gaan ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opgaan |
ging op |
opgegaan |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
opgaan
- ergatief oprijzen, omhooggaan
- De zon gaat morgen om zes uur op.
- ergatief een succes zijn, juist blijken
- Nee, die redenering gaat niet op.
Uitdrukkingen en gezegden
- [1] in vlammen opgaan
Vertalingen
1. oprijzen, omhooggaan
Gangbaarheid
- Het woord opgaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'opgaan' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.