openlucht
Nederlands
Woordafbreking
- open·lucht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van open en lucht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | openlucht | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
openlucht v/m
- in de ~: buiten de deur, onder blote hemel
- We kunnen de voorstelling ook in de openlucht houden, mits het weer meezit.
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. buiten de deur, onder blote hemel
Gangbaarheid
- Het woord openlucht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'openlucht' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.