onderscheiden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·schei·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
onderscheiden
onderscheidde
onderscheiden
zwak -d

gemengd

volledig

Werkwoord

onderscheiden

  1. overgankelijk een verschil in aanmerking nemen
    • In de wet werden drie gevallen onderscheiden. 
  1. overgankelijk iemands bijzonder gedrag erkennen, bijvoorbeeld middels een medaille
    • Hij werd met een ridderorde onderscheiden. 
  1. onderkennen
  2. wederkerend zich ~: door eigen toedoen opvallen
Verwante begrippen
Vertalingen
Vertalingen
stellend
onverbogen onderscheiden
verbogen
partitief onderscheidens

Bijvoeglijk naamwoord

onderscheiden

  1. verschillend

Werkwoord

vervoeging van
onderscheiden

onderscheiden

  1. voltooid deelwoord van onderscheiden

Gangbaarheid

  • Het woord onderscheiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.