oligarchie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oli·gar·chie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Grieks, in de betekenis van ‘regering van weinige personen of families’ voor het eerst aangetroffen in 1720 [1]
  • met het voorvoegsel oligo- en met het achtervoegsel -archie [2]
  • afgeleid van oligarch met het achtervoegsel -ie
enkelvoud meervoud
naamwoord oligarchie oligarchieën
verkleinwoord oligarchietje oligarchietjes

Zelfstandig naamwoord

oligarchie v [3]

  1. regering van slechts weinig personen die behoren tot de bevoorrechte klasse
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord oligarchie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.