oligarchie
Nederlands
Woordafbreking
- oli·gar·chie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Grieks, in de betekenis van ‘regering van weinige personen of families’ voor het eerst aangetroffen in 1720 [1]
- met het voorvoegsel oligo- en met het achtervoegsel -archie [2]
- afgeleid van oligarch met het achtervoegsel -ie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oligarchie | oligarchieën |
verkleinwoord | oligarchietje | oligarchietjes |
Zelfstandig naamwoord
oligarchie v [3]
- regering van slechts weinig personen die behoren tot de bevoorrechte klasse
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord oligarchie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'oligarchie' herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.