natuurrecht
Nederlands
Woordafbreking
- na·tuur·recht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van natuur en recht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | natuurrecht | natuurrechten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
natuurrecht o
- natuurlijk recht
- recht aan de natuur en niet aan de maatschappij ontleend, in de natuurlijke orde van de dingen gefundeerd
Vertalingen
2. in de natuurlijke orde van de dingen gefundeerd
Gangbaarheid
- Het woord natuurrecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.