minnenijd

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • min·ne·nijd
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van min (liefde) en nijd (haat) met het invoegsel -e-
enkelvoud meervoud
naamwoord minnenijd -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

minnenijd m

  1. jaloezie in de liefde
    • Hebt gij nooit de starende ogen, uit de schaduw der vensterbogen onder ’t schitterend kronenlicht, op een maagd, wier lieflijk bloeien heel ons harte deed ontgloeien, dol van minnenijd gericht? (Minnenijd, E.J. Potgieter). 
  1. afgunst in de liefde
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • minnenijdig, minnenijdigheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord minnenijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
44 %van de Nederlanders;
32 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.