meegeven

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  meegeven    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈmeχevə(n)/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈmeɣevə(n)/
Woordafbreking
  • mee·ge·ven
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meegeven
gaf mee
meegegeven
klasse 5 volledig

Werkwoord

meegeven

  1. overgankelijk iemand iets geven voor als die vertrokken is.
    • Hij gaf zijn kinderen een knapzak met eten mee voor tijdens het schoolreisje. 
  1. overgankelijk iemand met een idee of zienswijze kennis laten maken.
    • Wat ik jullie vandaag vooral wil meegeven is een goede manier om met geweld op straat om te gaan. 

meegeven inergatief

  1. inergatief inveren als er iets tegenaan komt.
    • Het aantal gymblessures zal waarschijnlijk afnemen nu we de muren van de gymzaal hebben laten bekleden en die meegeven. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord meegeven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.