medaille
Nederlands
Woordafbreking
- me·dail·le
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘erepenning’ voor het eerst aangetroffen in 1567 [1]
- van het Latijn metallum (= metaal) [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | medaille | medailles |
verkleinwoord | medailletje | medailletjes |
Zelfstandig naamwoord
medaille v/m
- metalen schijf, in het bijzonder als onderscheidingsteken (bijv. voor een sporter)
Hyponiemen
- eremedaille, herinneringsmedaille, oorlogsmedaille, scapuliermedaille
- gouden medaille, zilveren medaille, bronzen medaille
Vertalingen
1.metalen schijf, in het bijzonder als onderscheidingsteken (bijv. voor een sporter)
Gangbaarheid
- Het woord medaille staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'medaille' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.