loep

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • loep
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vergrootglas’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1821 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord loep loepen
verkleinwoord loepje loepjes

Zelfstandig naamwoord

loep v

  1. (optica) een sterk vergrotend vergrootglas
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord loep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.