krommen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • krom·men
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van krom met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
krommen
kromde
gekromd
zwak -d volledig

Werkwoord

krommen

  1. overgankelijk krom maken
    • Beschermend welfde zij haar hand om het kuiken. 
  1. wederkerend zich ~ bochtig zijn
    • De weg kromde zich langs de steile bergkust. 
Synoniemen
Vertalingen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

krommen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kromme

Gangbaarheid

  • Het woord krommen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.