knallen
Nederlands
Woordafbreking
- knal·len
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘met het geluid van een ontploffing weerklinken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1762 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
knallen |
knalde |
geknald |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
knallen
- inergatief een hard geluid of knal geven
- Dat vuurwerk knalde erg hard.
- ergatief uit elkaar ~
- Het vuurwerk was met veel lawaai uit elkaar geknald.
Vertalingen
1. een hard geluid of knal geven
Gangbaarheid
- Het woord knallen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'knallen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.