kilt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kilt
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘Schotse rok’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord kilt kilts
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

kilt m

  1. geruite wollen rok deel van het Schotse nationale kostuum
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kilt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Werkwoord

vervoeging van
killen

kilt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van killen
    • Jij kilt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van killen
    • Hij kilt. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van killen
    • Kilt! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.