keurmerk
Nederlands
Woordafbreking
- keur·merk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van keur ww en merk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | keurmerk | keurmerken |
verkleinwoord | keurmerkje | keurmerkjes |
Zelfstandig naamwoord
keurmerk o
- merkteken als bewijs van keuring
- merk dat een aanduiding is van een bepaalde kwaliteit
- Deze rookworst heeft het Beter Leven Vlees-keurmerk met 1 ster!!!
- Aan het eind van het jaar moet de nieuwe werkwijze leiden tot het Kangoeroe-keurmerk van de Vereniging van Ouders van Couveusekinderen (VOC). Schiff: "Die procedure neemt een jaar in beslag, inclusief meerdere toetsmomenten. Het is een prestigieus keurmerk, door ouders toegekend en daardoor zo waardevol."[1]
Vertalingen
1. merkteken als bewijs van keuring
Gangbaarheid
- Het woord keurmerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'keurmerk' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Tubantia Ferry de Goeijen 09-04-18 ZGT-verpleegkundigen: ‘Als baby’s stress vertonen, trappen we op de rem’
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.