kerkgezang
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kerkgezang (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈkɛrk.χəˌzɑŋ/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrk.ɣəˌzɑŋ/
Woordafbreking
- kerk·ge·zang
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kerk zn en gezang zn (naamwoord van handeling bij zingen)
[1] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | kerkgezang | - |
verkleinwoord | - | - |
[2] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | kerkgezang | kerkgezangen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
kerkgezang o
- (religie) het zingen in een kerk van meestal religieuze liederen
- Het klinkt misschien niet altijd even mooi, maar kerkgezang is natuurlijk ook niet bedoeld als professionele muziekproductie.
- (religie) een lied bedoeld voor gebruik bij [1]
- Hebben jullie een boek met kerkgezangen?
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord kerkgezang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.