kengetal
Nederlands
Woordafbreking
- ken·ge·tal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ken en getal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kengetal | kengetallen |
verkleinwoord | kengetalletje | kengetalletjes |
Zelfstandig naamwoord
kengetal o
- (telecommunicatie) een netnummer bij telefonie.
- een indicator voor een belangrijke eigenschap, bijvoorbeeld een financieel kengetal
Vertalingen
1. een netnummer bij telefonie
Gangbaarheid
- Het woord kengetal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kengetal' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.