karate

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·ra·te
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Japans, in de betekenis van ‘verdedigingssport’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1961 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord karate -
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

karate o

  1. (sport) Japanse gevechtsport
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord karate staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

Zelfstandig naamwoord

karate

  1. (sport) karate


Spaans

enkelvoud meervoud
karate -

Zelfstandig naamwoord

karate m

  1. (sport) karate
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.