kakistocratie
Nederlands
Woordafbreking
- ka·kis·to·cra·tie
Woordherkomst en -opbouw
- van Engels kakistocracy; gevormd uit Oudgrieks κάκιστος [kákistos] "slechtste" met het achtervoegsel -cratie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kakistocratie | kakistocratieën |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
kakistocratie v
- (politiek) (pejoratief) heerschappij van de slechtste, minst geschikte mensen
- Een kakistocratie is een overheidssysteem dat door de minst gekwalificeerde, meest "bedroevende" burgers die de staat te bieden heeft wordt bestuurd. [1]
- Een groot gedeelte van Europa werd gedurende nu dra twee jaren door allerlei schuim en uitvaagsel van volk beheerscht en misleid; de aristocratie (Regering der besten) van vroeger, welke moedwillig door allerlei misbruiken, verkeerde begrippen en voorbeelden haar eigen graf delfde, veranderde nu niet in eene democratie, maar in eene kakistocratie, om het zoo uit te drukken, (Regering der slechtsten.) [2]
Gangbaarheid
- Het woord 'kakistocratie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Kawakami, M. Zwarte Pieten, Burkaverboden en Radicaal Populisme in een Kakistocratie (2 december 2016) op website: MaastrichtUniversity.nl; geraadpleegd 2018-04-18
- "Volksmajoriteit" in: Catholijke Nederlandsche stemmen over godsdienst, staat-, geschied- en letterkunde jrg. 15 nr. 43 (27 oktober 1849) Bureau van de Catholijke Nederlandsche stemmen /Boekdrukkerij van J. Witz, Grave; p. 345/346; (oudste vindplaats op Delpher); geraadpleegd 2018-04-18
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.