joggingbroek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jog·ging·broek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord joggingbroek joggingbroeken
verkleinwoord joggingbroekje joggingbroekjes

Zelfstandig naamwoord

joggingbroek v/m

  1. (sport) (kleding) broek om mee te kunnen joggen
    • Een joggingbroek zit lekker makkelijk en kan zeker in Almelo ook gedragen worden zonder dat met aan sport doet. 
Synoniemen
  1. trainingbroek, joggingsbroek

Gangbaarheid

  • Het woord joggingbroek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.