jogging

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jogĀ·ging
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van joggen met het achtervoegsel -ing of afgeleid van het Engelse jogging
enkelvoud meervoud
naamwoord jogging joggings
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

jogging v

  1. (sport) het hardlopen om te trainen, als oefening om in conditie te blijven
    • De jogging van vanochtend heeft me goed gedaan. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord jogging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Frans

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

jogging m

  1. (spreektaal) joggingpak [1]

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.