japon

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ja·pon
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘jurk’ voor het eerst aangetroffen in 1717 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord japon japonnen
verkleinwoord japonnetje japonnetjes

Zelfstandig naamwoord

japon v

  1. (kleding) lang kledingstuk voor vrouwen
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord japon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.