nachtjapon

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nacht·ja·pon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nachtjapon nachtjaponnen
verkleinwoord nachtjaponnetje nachtjaponnetjes

Zelfstandig naamwoord

nachtjapon m

  1. lang kledingstuk dat vrouwen en kinderen aandoen wanneer ze naar bed gaan
    • Ze deed haar nachtjapon aan, wenste haar man een goede nacht en knipte het licht uit. 
    • Luc en ik lagen al bij Babbedde op de logeerkamer, toen er aangebeld werd. Het was mijn moeder. Ze stond in haar witte nachtjapon voor de deur om ons allebei nog een nachtzoen te geven. [1] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord nachtjapon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Sandes, David De wondermethode 2006 ISBN 9044509543 pagina 166

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.