instappen

Nederlands

Uitspraak

Geluid: instappen (hulp, bestand)

Woordafbreking

in·stap·pen

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van in en stappen

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
instappen	stapte in	ingestapt
zwak -t	volledig

Werkwoord

instappen [1]

onovergankelijk binnengaan in een voertuig
onovergankelijk beginnen, meedoen aan

Afgeleide begrippen

instapcursus, instapkaart, instapmodel, instapper, instaptarief, instaptoets

Vertalingen

1.

Engels: get in ^(en), get into a car ^(en)

Spaans: embarcar ^(es), montar ^(es), subir ^(es) (a)

Zelfstandig naamwoord

instappen mv

meervoud van het zelfstandig naamwoord instap

Gangbaarheid

Het woord instappen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'instappen' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.