initiaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ini·ti·aal
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘hoofdletter’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
  • afgeleid van het Franse initiale of van het Latijnse initium (begin) met het achtervoegsel -aal [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord initiaal initialen
verkleinwoord initiaaltje initiaaltjes

Zelfstandig naamwoord

initiaal v / m

  1. elk van de eerste letters van iemands namen
  2. grote, meestal versierde beginletter in een handschrift en in gedrukte teksten
Vertalingen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen initiaalinitialerinitiaalst
verbogen initialeinitialereinitiaalste
partitief initiaalsinitialers-

Bijvoeglijk naamwoord

initiaal

  1. initieel, aanvankelijk
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord initiaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.