ijsco

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ijs·co
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘ijsje’ voor het eerst aangetroffen in 1928 [1]
  • Samenstelling van ijs en 'co' van compagnie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord ijsco ijsco's
verkleinwoord ijscootje ijscootjes

Zelfstandig naamwoord

ijsco m [3]

  1. ijsje
    • Ik breng mijn weekend door met jou in Scheveningen.
      De zee is lauw, de lucht is blauw in Scheveningen.
      Daar kan je braaien in het zand,
      Met een ijsco in je hand,
      Zo samen aan het stille strand in Scheveningen.
      Louis Davids [4]
       
Verwante begrippen
  • consumptie-ijs
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ijsco staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
69 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.