idioot

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  idioot    (hulp, bestand)
  • IPA: /idi'ot/
Woordafbreking
  • idi·oot
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gek’ voor het eerst aangetroffen in 1857 [1]
  • Van het Latijnse idiōta ("idioot"), dat komt van het Oudgriekse ἰδιώτης (idiōtēs, "onopgevoede; leek"), dat komt van ἴδιος (idios, "zichzelf, privaat, apart").
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen idiootidioteridiootst
verbogen idioteidiotereidiootste
partitief idiootsidioters-

Bijvoeglijk naamwoord

idioot

  1. (medisch) zwakzinnig in de hoogste graad
    • Daar woont een naar mijn mening idiote man. 
  1. (pejoratief) dwaas, mal
    • Dat was echt een idiote actie. 
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord idioot idioten
verkleinwoord idiootje idiootjes

Zelfstandig naamwoord

idioot m

  1. (medisch) iemand die zwakzinnig is in de hoogste graad
    • Veel mensen noemen hem een idioot. 
  1. (pejoratief) scheldwoord voor iemand met een afwijkend standpunt of van afwijkend gedrag
    • Wat ben jij toch een idioot. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord idioot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.