huwelijksmakelaar
Nederlands
Woordafbreking
- hu·we·lijks·ma·ke·laar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellen van huwelijk en makelaar met het invoegsel -s- die opgevat kan worden als een genitiefuitgang
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | huwelijksmakelaar | huwelijksmakelaars huwelijksmakelaren |
verkleinwoord | huwelijksmakelaartje | huwelijksmakelaartjes |
Zelfstandig naamwoord
huwelijksmakelaar m
- (beroep) iemand die bemiddelt tussen mensen die een geschikte echtgenoot zoeken
- (Jiddisch-Hebreeuws) sjadchen, iemand die geschikte partner zoekt voor een kind met een huwbare leeftijd (hoeft niet beroepsmatig te zijn)[1]
Gangbaarheid
- Het woord huwelijksmakelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.