horlogemaker
Nederlands
Woordafbreking
- hor·lo·ge·ma·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van horloge en maker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | horlogemaker | horlogemakers |
verkleinwoord | horlogemakertje | horlogemakertjes |
Zelfstandig naamwoord
horlogemaker m
- (beroep) iemand die horloges vervaardigt
- De horlogemaker ging met pensioen.
Gangbaarheid
- Het woord horlogemaker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'horlogemaker' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.