hoefslag
Nederlands
Woordafbreking
- hoef·slag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hoef en slag [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoefslag | hoefslagen |
verkleinwoord | hoefslagje | hoefslagjes |
Zelfstandig naamwoord
hoefslag m
- het geluid van paardenhoeven die de bodem raken
- Er waren hoefslagen te horen in de verte.
- (paardrijden) een baan in de dressuurbak
- (waterstaat) deel van een dijk, waarvan het onderhoud tot de taak van de eigenaar van een bepaald perceel behoort
Afgeleide begrippen
- hoefslagboek, verhoefslagen
Gangbaarheid
- Het woord hoefslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hoefslag' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.