henry
Nederlands
Woordafbreking
- hen·ry
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘eenheid van zelfinductie’ voor het eerst aangetroffen in 1950 [1]
- Vernoemd naar Joseph Henry (1797-1878), Amerikaans natuurkundige, wiskundige en filosoof
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | henry | henry's |
verkleinwoord | henry'tje | henry'tjes |
Zelfstandig naamwoord
henry m
- (natuurkunde), (elektrotechniek), (eenheid) SI-eenheid van zelfinductie, weergegeven met symbool H
- De grootheid "zelfinductie" (symbool: L) wordt uitgedrukt in de eenheid henry (symbool: H).
Afgeleide begrippen
eenheden van henry in het Nederlands (nld) |
---|
yoctohenry • zeptohenry • attohenry • femtohenry • picohenry • nanohenry • microhenry • millihenry • centihenry • decihenry • henry • decahenry • hectohenry • kilohenry • megahenry • gigahenry • terahenry • petahenry • exahenry • zettahenry • yottahenry |
Gangbaarheid
- Het woord 'henry' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.