hartsvanger
Nederlands
Woordafbreking
- harts·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘jachtmes’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1731 [1]
- samenstelling van hart zn en vanger zn met het invoegsel -s- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hartsvanger | hartsvangers |
verkleinwoord | - | - |
Gangbaarheid
- Het woord hartsvanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.