handeg

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • handĀ·eg
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handeg handeggen
verkleinwoord handegje handegjes

Zelfstandig naamwoord

handeg v/m

  1. (landbouw) een houten eg die aan touwen wordt voorgetrokken

Gangbaarheid

  • Het woord 'handeg' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.