haarplukken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • haar·pluk·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
haarplukken


onvolledig

Werkwoord

haarplukken [1]

  1. haar uitrukken, uitplukken
  2. (figuurlijk) twisten, kijven, krakelen
Afgeleide begrippen
  • haarplukkerij

Zelfstandig naamwoord

haarplukken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord haarpluk

Gangbaarheid

  • Het woord haarplukken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.