haarpluk
Nederlands
Woordafbreking
- haar·pluk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haar en pluk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | haarpluk | haarplukken |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
haarpluk m
- pluk haar
Werkwoord
vervoeging van |
---|
haarplukken |
haarpluk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van haarplukken
- Ik haarpluk.
- gebiedende wijs van haarplukken
- Haarpluk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van haarplukken
- Haarpluk je?
Gangbaarheid
- Het woord 'haarpluk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.