gezondheid
Nederlands
Woordafbreking
- ge·zond·heid
Zelfstandig naamwoord
gezondheid v
- (medisch) welbevinden, in goede staat zijn
- Zijn gezondheid was gelukkig niet in gevaar.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. welbevinden, in goede staat zijn
Gangbaarheid
- Het woord gezondheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gezondheid' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Tussenwerpsel
gezondheid!
- een uitroep als iemand niest of hoest
Nedersaksisch
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.