gerust

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·rust
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘kalm’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
  • vervoeging van rusten: de stam met omvoegsel ge- -t, zonder -t omdat de stam al op -t eindigt [2]
  • Naamwoord van handeling van rusten met het voorvoegsel ge-

Werkwoord

vervoeging van
rusten

gerust

  1. voltooid deelwoord van rusten
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen gerustgeruster(gerustst) *
verbogen gerustegerustere(gerustste) *
partitief gerustsgerusters-

Bijvoeglijk naamwoord

gerust

  1. zonder angst of zorg
    • Na dat gesprek was hij in een heel wat gerustere stemming dan voorheen. 
Opmerkingen
  • Omdat "-stst" moeilijk is uit te spreken en te verstaan kan voor de overtreffende trap beter de omschrijving "meest gerust(e)" worden gebruikt.[3][4]
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
stellend vergrotend overtreffend
gerust geruster het meest gerust

Bijwoord

gerust

  1. op geruste wijze
    • Bekijk gerust de hulppagina's eens. 
  1. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord
Typische woordcombinaties
  • ga gerust uw gang
ga onbezorgd verder

Gangbaarheid

  • Het woord gerust staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.