genaamd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: genaamd (hulp, bestand)
- IPA: / ɣəˈnamt /
- (Noord-Nederland): /χəˈnaːmt/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ɣəˈnaːmt/
Woordafbreking
- ge·naamd
Woordherkomst en -opbouw
- oorspronkelijk vervoeging van namen: de stam met omvoegsel ge- -d , maar op te vatten als pseudodeelwoord afgeleid van naam zn met het omvoegsel ge- -d [1][2]
stellend | |
---|---|
onverbogen | genaamd |
verbogen | genaamde |
Bijvoeglijk naamwoord
genaamd
- een bepaalde naam hebbend
- Dit deflatie genaamde proces van prijsverlagingen is nog gevaarlijker voor een economie dan zijn tegendeel, inflatie genaamd.
Gangbaarheid
- Het woord genaamd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'genaamd' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.