geldzaak

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geld·zaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geldzaak geldzaken
verkleinwoord geldzaakje geldzaakjes

Zelfstandig naamwoord

geldzaak v/m

  1. een kwestie die (alleen maar) gaat over geld
    • De hoogte van de functieschaal van een docent is alleen maar een geldzaak en heeft niets te maken met zijn opleiding of zijn didactische kwaliteiten. 
  1. financiën
    • Zij heeft haar geldzaken goed voor elkaar want ze controleert altijd al haar post en betaalt altijd direct haar rekeningen. 

Gangbaarheid

  • Het woord geldzaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.