gebral

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geĀ·bral
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van naamwoord van handeling brallen met het voorvoegsel ge-
enkelvoud meervoud
naamwoord gebral
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

gebral o [1]

  1. aanhoudend luidruchtig snoeven
    • De Grave weet heel goed dat de VVD met rechts gebral niet gaat scoren in de hoofdstad.[2] 
    • Want skyboxen hebben de schijn bij het volk natuurlijk tegen. Dat zijn stadionbars waar zelfbenoemde plaatselijke vips op kosten van de belastingbetaler zich vermaken met bier, gebral en voetbal.[3] 
    • Ik voel me wat ongemakkelijk, met dat opgeschoten gebral om me heen. Toch blijf ik waar ik ben, want eigenlijk vind ik het onzin. Ik zat er eerst. Ik begin aan een broodje kipfilet, tot grote hilariteit van de jongens.[4] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gebral staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.