gaanderij

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gaan·de·rij
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘zuilengang’ voor het eerst aangetroffen in 1804 [1]
  • afgeleid van gaan met het achtervoegsel -erij [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord gaanderij gaanderijen
verkleinwoord gaanderijtje gaanderijtjes

Zelfstandig naamwoord

gaanderij v

  1. overdekte zuilengang die aan één kant open is, galerij
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gaanderij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
52 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.