filmen
Nederlands
Woordafbreking
- fil·men
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
filmen |
filmde |
gefilmd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
filmen
- beelden van iets vastleggen op film
Verwante begrippen
- film, filmacteur, filmactrice, filmapparaat, filmarchief, filmbedrijf, filmbeeld, filmbewerking, filmblad, filmblik, filmbreedte, filmcamera, filmcarrière, filmcriticus, filmdebuut, filmdistributeur, filmdiva, filmdoek, filmdruk, filmeditie, filmer, filmfan, filmfestival, filmheld, filmhistoricus, filmhuis, filmindustrie, filmisch, filmjournaal, filmjournalist, filmkeuring, filmklassieker, filmkomiek, filmkritiek, filmkunde, filmkunst, filmkunstenaar, filmliefhebber , filmliefhebber , filmliga, filmmaatschappij, filmmaker, filmmateriaal, filmmuseum, filmmuziek, filmografie, filmoperateur, filmopname, filmpers, filmploeg , filmportret, filmproducent, filmproductie, filmprojector, filmrechten, filmregisseur, filmrol, filmscenario, filmscript, filmserie, filmset, filmster
Vertalingen
1. beelden van iets vastleggen op film
Gangbaarheid
- Het woord filmen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'filmen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Deens
Woordafbreking
- fil·men
Noors
Woordafbreking
- fil·men
Naar frequentie | 989 |
---|
Nynorsk
Woordafbreking
- fil·men
Spaans
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.