eredoctor
Nederlands
![](../I/m/Anton_Dreesmann_(1988).jpg)
Anton Dreesman als eredoctor
Woordafbreking
- ere·doc·tor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eer zn en doctor zn met het invoegsel -e-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eredoctor | eredoctors<eredoctoren> |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
eredoctor m [1]
- een persoon die de doctorstitel uitgereikt krijgt op basis van een verdienste
- Een van de kanshebbers is de Amerikaan Lewis C. Cantley. Hij ontdekte dat een bepaald stofje, PI-3-kinase, een rol speelt bij de groei van tumoren. De Brit Karl J. Friston, eredoctor aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, zou kunnen winnen voor zijn baanbrekende werk aan hersenscans. [2]
- In 2005 kreeg hij de Libris Literatuurprijs voor Specht en Zoon. Otten is eredoctor van de Universiteit van Utrecht. [3]
- Sir James Frazer Stoddart, een Britse eredoctor van Universiteit Twente, heeft samen met Nederlander Ben Feringa en Fransman Jean-Pierre Sauvage de Nobelrpijs voor Scheikunde gewonnen. Het trio doet onderzoek naar moleculaire motoren. [4]
Synoniemen
- doctor honoris causa
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord eredoctor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'eredoctor' herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Reformatorisch Dagblad 02-10-2017 Circus Nobelprijzen begint met Geneeskunde
- Tubantia 16-12-13 P.C. Hooftprijs 2014 voor Willem Jan Otten
- Tubantia 05-10-16 Eredoctor UT in Enschede wint Nobelprijs voor Scheikunde
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.