eenmansoorlog
Nederlands
Woordafbreking
- een·mans·oor·log
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van een ht "1", man zn "(mannelijk) persoon" en oorlog zn "gewapende strijd" met het invoegsel -s-
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | eenmansoorlog | eenmansoorlogen |
| verkleinwoord | eenmansoorlogje | eenmansoorlogjes |
Zelfstandig naamwoord
eenmansoorlog m
- (figuurlijk) fel en langdurig conflict waarbij iemand het zonder medestanders opneemt tegen meerdere tegenstanders of één veel sterkere tegenstander
- Ten tweede zien we de onbegrijpelijk moedige stellingname van individuele schrijvers, zoals Sinjavski en Daniel, Amalrik, Solzjenitsyn, die hun eenmansoorlog aangaan met de repressieve overheid, illegaal eigen werk gaan kopiëren en verspreiden (de samizdat), of werk naar het Westen weten te smokkelen waar het vertaald en uitgegeven wordt. [1]
Verwante begrippen
woorden die met eenmans- beginnen
- eenmansactie
- eenmansband
- eenmansbedrijf
- eenmansboot
- eenmans-bv
- eenmanscel
- eenmansfractie
- eenmansgerecht
- eenmansjury
- eenmanskroeg
- eenmansoorlog
- eenmansorkest
- eenmanspartij
- eenmansruimtecapsule
- eenmanstentoonstelling
- eenmanstijdschrift
- eenmansvliegmachine
- eenmanswagen
- eenmanszaak
Gangbaarheid
- Het woord 'eenmansoorlog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Baak, J. van "De spiegel en de barst" in: De Gids. jrg. 163 nr. 11 (november 2000) J.M. Meulenhoff, Amsterdam; p. 856; geraadpleegd 2018-09-20
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.