deeltijd

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • deel·tijd
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord deeltijd -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deeltijd m

  1. gedeelte van de (werk)tijd die normaal als volledig geldt
    • In Nederland werken en studeren zeer veel mensen in deeltijd. 
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord deeltijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
84 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.