decoratie
Nederlands
Woordafbreking
- de·co·ra·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘versiering’ voor het eerst aangetroffen in 1533 [1]
- Naamwoord van handeling van decoreren met het achtervoegsel -atie
- afgeleid van het Franse décoration of daarvoor van het Latijnse 'decorātiō'
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | decoratie | decoraties |
verkleinwoord | decoratietje | decoratietjes |
Zelfstandig naamwoord
decoratie v
- In de kerstboom werd decoratie gehangen.
- een onderscheiding, ridderorde, lintje
- Als ik zie wie er allemaal een decoratie krijgen, weet ik nogmaals dat ik er nooit een zou hoeven!!
Hyponiemen
- toneeldecoratie
Afgeleide begrippen
- decoratief, decoratiestelsel
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord decoratie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'decoratie' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.