dakbedekking
Nederlands
Woordafbreking
- dak·be·dek·king
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dak zn en bedekking zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dakbedekking | dakbedekkingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
dakbedekking v [1]
- een beschermende laag die op een plat of hellend dak wordt aangebracht, om dit waterdicht, sneeuwdicht en tochtvrij te maken, zodat het dak kan beschermen tegen dieren, hitte, wind en zonlicht
- Zonnepanelen die nauwelijks nog zichtbaar zijn kwamen eerder dit jaar al in het nieuws toen Tesla-topman Elon Musk ze presenteerde als integraal onderdeel van de dakbedekking, zijn Solar Roof.[2]
- Samen kunnen ze dan bijvoorbeeld geld bijeen leggen om de eigenaar van het dak over te halen. Beplanting van het dak kan ook voor de eigenaar voordelig zijn. De dakbedekking gaat tot twee keer langer mee en ook geeft het een besparing op de stookkosten.[3]
Synoniemen
- dakbekleding
Afgeleide begrippen
- dakbedekkingssysteem
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord dakbedekking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Het Parool BART VAN ZOELEN 27 SEPTEMBER 2017 'Kleurpatroon kan aversie tegen zonnepanelen wegnemen'
- Het Parool BART VAN ZOELEN 15 APRIL 2016 Amsterdamse straten krijgen dakboswachters
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.