contractie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·trac·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘samentrekking’ voor het eerst aangetroffen in 1669 [1]
  • afgeleid van het Franse contraction of daarvoor van het Latijn
  • afgeleid van tractie met het voorvoegsel con-
  • Naamwoord van handeling van contraheren met het achtervoegsel -tie
enkelvoud meervoud
naamwoord contractie contracties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

contractie v

  1. (medisch) samentrekking van orgaan of spieren
  2. (taalkunde) het samentrekken van twee opeenvolgende woorden/klanken tot één enkele klank die van beide oorspronkelijke klanken kenmerken heeft
    • "That's" en "don't" zijn een contractie van "That is" en "do not". 
Hyponiemen
  • spiercontractie
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord contractie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.