bètablokker
Nederlands
Woordafbreking
- bè·ta·blok·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bèta en blokker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bètablokker | bètablokkers |
verkleinwoord | bètablokkertje | bètablokkertjes |
Zelfstandig naamwoord
bètablokker m
- (medisch) een geneesmiddel met anti-ischemische, anti-aritmische en anti-hypertensieve eigenschappen, toegepast in de cardiologie en hematologie, waardoor o.a. de bloeddruk omlaag gaat
- De bètablokkers propanolol en atenolol zijn effectief gebleken bij de farmacotherapie van het specifieke subtype SAS en niet bij het gegeneraliseerde subtype.
Gangbaarheid
- Het woord bètablokker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bètablokker' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.