brokkenpiloot
Nederlands
Woordafbreking
- brok·ken·pi·loot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van brok en piloot met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brokkenpiloot | brokkenpiloten |
verkleinwoord | brokkenpilootje | brokkenpilootjes |
Zelfstandig naamwoord
brokkenpiloot m [1]
- (verkeer) bestuurder van een voertuig die onevenredig veel bij verkeersongelukken betrokken is
Gangbaarheid
- Het woord brokkenpiloot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'brokkenpiloot' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.