briefkaart

Nederlands

Briefkaart 1871
Uitspraak
Woordafbreking
  • brief·kaart
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord briefkaart briefkaarten
verkleinwoord briefkaartje briefkaartjes

Zelfstandig naamwoord

briefkaart v/m

  1. een korte brief in de vorm van een kaart meestal met voorgedrukte postzegel
    • Mijn oma zond me vaak zomaar een briefkaart. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • briefkaartactie, briefkaartenactie, briefkaartformaat, briefkaartregel
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord briefkaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.