bovenkamer
Nederlands
Woordafbreking
- bo·ven·ka·mer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boven en kamer [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bovenkamer | bovenkamers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
bovenkamer v / m [2]
- (bouwkunde) kamer op een bovenverdieping
- (anatomie) (schertsend) hersenpan met inhoud
- Er is iets mis in zijn bovenkamer
Gangbaarheid
- Het woord bovenkamer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bovenkamer' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.